Ziek (indrukkwekkend/mooi/zwaar)! - Reisverslag uit Senggigi, Indonesië van bas Vogelaar - WaarBenJij.nu Ziek (indrukkwekkend/mooi/zwaar)! - Reisverslag uit Senggigi, Indonesië van bas Vogelaar - WaarBenJij.nu

Ziek (indrukkwekkend/mooi/zwaar)!

Door: Bas

Blijf op de hoogte en volg bas

30 December 2012 | Indonesië, Senggigi

Hallo

(Excuses, het is een beetje een lang verhaal geworden. Maar geniet er nog maar van, hierna volgt er voorlopig nog maar 1).

Het kostte wat moeite, maar we zijn in Indonesie. In tegenstelling tot waar ik mijn laatste blog mee afsloot, vlogen wij namelijk niet op zondag naar Indonesie. 5 uur voor ons vliegtuig vertrok kreeg ik namelijk een smsje: uw vlucht is geannuleerd. Ga naar deze site voor een nieuwe vlucht. Gelukkig waren we op dat moment bezig met het uitprinten van onze huidige vliegtickets en konden dus meteen inloggen om een nieuwe vlucht te boeken. Hierdoor konden we de eerstvolgende vlucht pakken: maandag om 10.00. Aangezien er op die vlucht nog 9 stoelen beschikbaar waren en er ongeveer 90 mensen in onze oorspronkelijke vlucht zaten, ben ik blij dat we bij de 10% hoorden die zo snel van vlucht kon wisselen.

Voordat ik verder ga met het verslag, eerst even wat algemene indrukken en feitjes over Bali en Lombok, zodat het wat beter in de context te plaatsen is voor mensen die het niet (zo goed) kennen.
- Het is warm. Het is overdag 32 graden en ’s nachts 30. Daarnaast is het nu wet season, wat betekent dat er elke middag om hoosbui valt en gedurende de rest van de middag en avond nog wat losse nattigheid. Gelukkig ’s ochtends vrijwel altijd droog. Dit zorgt ervoor de het lekker klam is.
- Het is goedkoop. De munteenheid van Indonesie is de rupia: hij staat momenteel voor 1:13500. Overnachtingen kosten minder dan 10 euro per nacht voor een eigen kamer met tweepersoonsbed en ontbijt, uit eten gaan (2 maaltijden + 2 verse vruchtensappen) kan voor minder dan 40000 rupia.
- Gevolg van het vorige punt: als je blond (helaas, ik kan het nu echt niet meer ontkennen) bent, ben je rijk en Indonesiers weten dat. Alles waarbij de prijs niet vast staat, wordt je opgelicht of moet er onderhandeld worden. Taxichauffeurs schijnen uitstekende oplichters te zijn, dus nemen we voor de veiligheid maar taxi’s met een meter. Op de markt, bij het huren van een surfbord of het laten doen van de was kan je maar beter onderhandelen. Uiteraard gaat het uiteindelijk over 2 of 3 euro, maar Nederlands al wij zijn laten we ons bij voorkeur voor zo min mogelijk afzetten.
- Je eet en drinkt altijd op straat. In elke straat zitten ten minste twee Warungs, waar je simpele indonesische maaltijden kan halen. Verder wordt vers vruchtensap overal aangeboden voor minder dan 1 euro, wat fantastisch is (ik kan de limoen-banaan of honingmeloen-watermeloen aanbevelen). Ik ga overigens wel dood van de honger: rijst vult wel maar is niet zo voedzaam als pasta of aardappelen of brood.
- Het verkeer is een chaos. ¾ van de Indonesiers beweegt zich voort op scooters. Die scheuren overal tussendoor, geven geen richting aan en toeteren een hoop. Om niet achter te blijven doen automobilisten hetzelfde. Wegmarkering is er voor de leuk, je kan nog 3 seconden nadat het stoplicht op rood gegaan is doorrijden en parkeren doe je waar je maar wil. De wegkwaliteit is eveneens sterk wisselend. Hier en daar is het gloednieuws 4-baans, op andere plekken vraag je je af waarom de weg nog als verhard staat aangegeven.
- De kracht van Indonesie zit hem veel meer in de indrukken dan in de uitzichten. Dit gaat zorgen voor minder foto’s en (nog) langere updates.

We waren gebleven bij onze geannuleerde vlucht: we kregen wel onze gemaakte hotelkosten en ontbijt vergoed door Jetstar (en een vouchter van Jetstar australie die we binnen 3 maanden in moeten wisselen…), dus dat maakte iets goed. De vlucht zelf verliep zonder verdere problemen en dus stonden wij om 14.00 op het aangenaam warme en vochtige Bali. Minder aangenaam waren alle taxichauffeurs die als dolle honden op ons afsprongen zodra we de terminal uitliepen. Gelukkig waren we enigszins voorbereid en wisten uiteindelijk met de nodige moeite een taxi te vinden die wel een meter had. Die bracht ons naar ons luxe hotelletje waar wij maar meteen het zwembad indoken. Daarna gingen we de straat op op zoek naar een eettentje, aten een lekker hapje en ploften daarna ons bed in. De volgende dag verkenden we Sanur, wat eigenlijk niet heel boeiend was, al was het wel eens fancy om langs al die belachelijke resorts te lopen. Aan het eind van de middag gingen we terug naar het vliegveld om onze vlucht naar Lombok te halen. We vlogen met Garuda Indonesia, een maatschappij die niet al te lang geleden nog op de Europese zwarte lijst stond, maar inmiddels uitgegroeid is tot een breed geaccepteerde maatschappij, die zelfs al enigszins in het luxeklassement zit. Zo kregen wij op onze vlucht van 22 minuten de mogelijkheid om filmpjes te kijken op de schermpjes in de stoelen en werden we van pakjes (mierzoete) ijsthee voorzien. Ik wou dat Ryanair zo was.

In Lombok werden we wederom besprongen door taxichauffeurs en wisten er wederom onder uit te komen. Nu werden we gedropt bij een homestay in Sengigi. Een homestay is in principe een Indonesier (m/v) die op zijn erf wat kamers heeft laten bouwen die hij verhuurd. Je krijgt elke ochtend ontbijt van de host en mag verder ook meedelen in alle familie-aangelegenheden. Ik had er mijn bedenkingen bij, maar het was best wel geslaagd. Na wederom op een eettentje op straat wat gesnaaid te hebben (wat we overigens elke volgende middag en avond ook gedaan hebben), doken we terug ons bed in. De volgende dag gingen we Mataram verkennen, de hoofdstad van Lombok. Dat was nog een heel avontuur, want onze host had min of meer uitgelegd hoe het OV werkte, maar wat praktijkervaring was nodig. Het komt er op neer dat op vastgestelde routes (maar uiteraard niet op vasgestelde tijden) Bemo’s rijden (een soort overdekte pick up trucks). Daar spring je achterin in en als je eruit wil maak je dat op een of andere manier duidelijk. Vervolgens geef je de chauffeur een klein (vastgesteld) bedrag. Helaas hadden wij dat laatste (achteraf een klein bedrag betalen) niet begrepen, dus de eerste bemo die stopte probeerde ons van tevoren 40.000 roepia te laten betalen. Alhoewel dat omgerekend 3 euro is, vonden we dat veel te veel. De tweede deed het voor 10.000, wat nog steeds te veel was, maar goed we gingen maar mee. Daarna gingen we shoppen voor zowel dagelijkse dingen (deo bleek toch wel handig op Indonesie) als wat specifiekere dingen: gepaste kleding voor zowel mij als Mich als de tempels in wilden, sandalen en een hippe tas. Dit vonden we in beperkte mate, maar het doorlopen van de Indonesische markten was een avontuur op zich. De volgende dag gingen we (nu wel met de juiste techniek) met de bemo naar Sengigi zelf, wat een van de meest toeristische plaatsen van Lombok is. Dat was nauwelijks te merken: zoals overal waren er straatverkopers, vervallen hutjes en hier en daar een winkeltje. Slechts op 1 keurig aangelegd pleintje was te merken dat er wat meer nadruk op toeristen lag. We hebben daar heerlijk op het strand gelegen en vervolgens (op aandringen van Michelle) voor ’s avonds een 2.5 uur sessie bij een massagesalon geboekt. Daarna zijn we luxueus uit eten geweest om onze extravagante dag compleet te maken.
Hierna namen we afscheid van Bula (de charismatische eigenaar van de homestay) om een pendelbus naar Kuta (Lombok) te pakken. (Er is ook een Kuta op Bali, voor de insiders). Kuta staat bekend als een surfersmekka maar toen we het dorp in kwamen rijden zag het er nog zieliger uit dan gemiddeld. Onze homestay was gelukkig wel prima en na wat verkenwerk bleek dat Kuta (alhoewel het inderdaad wat armetierig oogt) een zeer gezellig en relatief welvarend dorpje is. De tweede dag dat we er waren hadden we een scooter gehuurd en waren naar Gerupak gereden, waar we gingen surfen. Of in ieder geval een poging doen tot. De golven braken namelijk ver in de baai, dus we hadden een local gecharterd (al was het omgekeerde misschien meer het geval) om ons daar heen te brengen. De golven waren groot en mooi, maar het was echt godsgruwelijk zwaar om elke keer weer terug te zwemmen en aangezien ik niet helemaal de juiste kleding aanhad hield het avontuur iets eerder op dan gepland. Wat voor Michelle maar goed was ook, want die bleek toen we teruggekomen waren nu al ontzettend verbrand. (Kan je nagaan, kom je als twee negertjes uit Australie in Indonesie aan en smeer je je nog in met factor 30, denk je dat je wel veilig bent. Think again). Om de ellende voor Michelle compleet te maken, was het eten ’s avonds van een dusdanige pittigheid dat ze de volgende dag niet haar bed uit kon vanwege allerhande inwendige klachten. Dus ik in mijn eentje erop uit met ons brommertje over de extreem klote weg ten westen van Kuta. De uitzichten waren het gelukkig meer dan waard. Die avond maar gaan eten bij een wat meer luxe tent: slecht idee, de volgende dag was ik degene die (heel erg) ziek was. Voedselvergiftiging ftw. De dag daarop (1e kerstdag) was ik alweer voldoende hersteld om weer rond te sjezen op de brommer en ’s avonds maar weer bij een lokaal tentje ons kerstdiner verorberd. Tweede kerstdag gingen we op ons gemakje terug naar Sengigi, waar we ’s avonds met 3 Amerikanen uit ons hostel wat gingen drinken, wat voor een gezellige tweede kerstdag zorgde. We gingen echter vroeg naar huis want de volgende dag ging de wekker om 4 uur voor de beklimming van de Mt Rinjani.

Daarvoor wordt er geknokt tussen twee termen: zwaar en gaaf. Het was zo niet geadverteerd, maar het is echt een hele pittige beklimming. Ik reken mezelf tot niet zwak en een medium ervaren hiker, maar dit was toch echt wel een hele uitdaging. Het was 53 km horizontaal over 3 dagen, wat mee leek te vallen. Echter vooral de eerste dag viel niet mee. De eerst 4 uur waren geleidelijk stijgend, de laatste 4 uur waren sterk stijgend en op gegeven moment moet je letterlikjk elke 20 stappen even een minuutje rust nemen. De uitzichten waren wel heel gaaf en als je dan eenmaal op de rand van de krater staat heb je ook echt wel het gevoel dat je wat bereikt heb, maar oeioeioei wat een spierpijn. De volgende dag zouden we om 3 uur gewekt worden om de laatste 1000 meter naar de top te stijgen, maar wegens slecht weer ging dit niet door. Enerzijds zonde, anderzijds vonden mijn benen het niet heel vreselijk. Om 9 uur daalden we de krater in, wat zo zijn eigen spierpijn opleverde, om te eindigen bij het kratermeer (17 graden), wat het heerlijk zwemmen was, en de hot springs, wat heerlijk uitweken was. Helaas ging het noodweer daarna echt los, dus bleven we overnachten bij het meer. We waren pas halverwege, dus dit zorgde dat we de laatste dag de tweede helft moesten lopen. Aangezien we eerst weer de krater uit moesten was dat even flink ploeteren, maar de afdaling ging relatief soepel en beneden stond een busje op ons te wachten om ons weer naar de home stay te brengen. Waar we door de eigenaar en zijn vrouw met luid gejuich ontvangen werden, want het was hen niet helemaal duidelijk dat we 3 dagen weg zouden gaan, dus ze waren wat bezorgd. Superlief.

Nog even over de organisatie: we hadden een gids en vier porters. Dat zijn kleine kereltjes die op slippers met zware rieten manden met onze tent en ons eten e.d. de berg op rennen. Ongelooflijk knap, en we waren ze heel dankbaar (als is het af en toe frusterend om te zien dat zij met bepakking en al sneller zijn dan jij). Verder reisde Marion mee, een Australische van 61 (!). Hoewel ze inderdaad niet heel snel was, liep ze het allemaal wel gewoon en daarvoor een diep respect. Daarnaast was ze een hele gezellige reisgenoot.

Goed, vandaag even een relaxdagje om de spieren rust te geven, en dan morgen door naar Gili Trawangan, waar wij het Supernova-feest mee willen pakken om het einde van het jaar te vieren. Daarna door naar Bali, waar de laatste update uit deze serie over zal gaan.

Rest mij nog iedereen alvast een leuk oud en nieuw en een goed 2013 te wensen.

Cheers
Bas

  • 30 December 2012 - 09:27

    Anne:

    Goeiemorgen Bas wat ondernemen jullie veel en wat klinkt het gaaf allemaal! Ik hoop dat jullie gezond het nieuwe jaar ingaan en goed weer terugkomen! Ben je nu een blonde neger? :) Liefs

  • 01 Januari 2013 - 20:01

    Bauk:

    Alweer ben ik trots op je, ja ik kan het niet ontkennen, heeeeeeeeeeeeeeel goed gedaan! en kom toch ook maar veilig gauw weer naar NL :-) maar eerst nog genieten daarzo in Indonesie!
    xxx

  • 03 Januari 2013 - 14:12

    Bruno:

    Goed bezig, en geniet nog van je tijd daar! Was het feest nog een beetje leuk?

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Senggigi

Stage @ CSIRO

Recente Reisverslagen:

13 Januari 2013

Ubud en de laatste loodjes

30 December 2012

Ziek (indrukkwekkend/mooi/zwaar)!

16 December 2012

Full circle

01 December 2012

Helse hitte en paradise beach

31 Oktober 2012

Over vliegtuigen en vliegende walvissen
bas

Actief sinds 28 Juni 2009
Verslag gelezen: 242
Totaal aantal bezoekers 18520

Voorgaande reizen:

19 Mei 2012 - 24 Januari 2013

Stage @ CSIRO

07 Juli 2009 - 03 Januari 2010

Geologie down under

Landen bezocht: